Opwarming tot 1,5 graad beperken: “We kunnen het nog, maar dan moet het wel snel”

Het wordt snel warmer op aarde. Al tussen 2030 en 2035 overschrijden we waarschijnlijk de 1,5 gradengrens. Zowel de beloften van regeringen zijn niet stevig genoeg, als het daadwerkelijke beleid dat ze uitvoeren. Dat blijkt uit het samenvattende rapport van het VN-klimaatpanel IPCC. Daarin zijn ook lichtpuntjes te vinden: in 2030 is halvering van de wereldwijde uitstoot mogelijk met maatregelen die minder dan 100 dollar per ton CO2-reductie kosten.

fabriekspijp stoot rook uit over bomen
“Elke tiende graad telt”, zegt Detlef Van Vuuren, medeauteur van het IPCC-rapport. | Credit: Adobe Stock

“De noodzaak én de mogelijkheden liggen op tafel”, zegt medeauteur Detlef Van Vuuren verwijzend naar het meest recente klimaatrapport van IPCC. Het gaat om een synthese-rapport: een overzicht van alle wetenschappelijke klimaatkennis. In dit rapport is dus ook de informatie uit de drie eerdere deelrapporten en de drie speciale rapporten terug te vinden.

Wetenschappelijke kennis voor nieuwe klimaatplannen

Met het rapport richt het IPCC zich op beleidsmakers die het als basis voor nieuwe klimaatplannen kunnen gebruiken. Aanpassing van de beleidsplannen is hoognodig, want met het huidige beleid stevenen we hoogstwaarschijnlijk op 3 graden opwarming af.

“Het huidige beleid is nog steeds ruim onvoldoende”, benadrukt klimaatonderzoeker Van Vuuren tegenover een groep journalisten die (online) aanschuiven bij een bespreking van het rapport. Maar: “We zien wel effect van beleid.”

De wereld was in het afgelopen decennium gemiddeld al 1,1 graad warmer dan in 1850. Daarbij verschilt het waar je meet. Boven land komen de temperaturen bijvoorbeeld hoger uit dan boven de oceanen: 1,6 graad boven land versus 0,8 graad boven de oceanen.

Kwetsbaar Nederland

Het VN-klimaatpanel waarschuwt dat met elke 0,1 graad bovenop 1,5 graad opwarming de risico’s op weersextremen als heftige neerslag, droogte en hittegolven toenemen. Ook kan het kwetsbare ecosystemen zoals warmwaterkoralen en polaire gebieden ontwrichten. Die ontwrichting kan vervolgens een negatieve kettingreactie veroorzaken. Ruim 3 miljard mensen leven in gebieden die als ‘bijzonder kwetsbaar’ gelden.

Voor Nederlanders gaat het dan vooral om de zeespiegelstijging. “Een deel van die zeespiegelstijging is onafwendbaar”, vertelt Aimée Slangen van het Koninklijk Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee. Zij schreef ook mee aan het IPCC-rapport. Het is al duidelijk dat de zeespiegel een halve meter gaat stijgen door de opwarming die er nu al heeft plaatsgevonden en tot ver na 2100 zal blijven stijgen. Het tempo daarvan wordt sterk bepaald door de broeikasgassenuitstoot vanaf nu. “Zeespiegelstijging heeft een heel lang geheugen.”

‘Elke tiende graad telt’

Het blijft belangrijk om de opwarming zo snel mogelijk en zoveel mogelijk te beperken. Ook als we hoger uitkomen dan 1,5 graad, moeten we niet opgeven. “Elke tiende graad telt”, aldus Van Vuuren. “1,6 graad is alweer veel beter dan 1,7.” En er is überhaupt nog hoop, want op dit moment kunnen we zelfs de 1,5 graad opwarming nog halen.

Hoe de 1,5 graad nog te halen is

Om de opwarming van de aarde tot 1,5 graad te beperken moet de wereldwijde broeikasgasuitstoot in 2030 ruim 40 procent lager liggen dan in 2019. In 2040 zo’n 70 procent lager. Voor het ‘ruim onder de 2 graden’-doel zijn de benodigde reducties in 2030 20 procent ten opzichte van 2019 en bijna 50 procent in 2040. In dat geval kunnen we iets later dan 2050 op netto nul CO2-emissie uitkomen.

Het IPCC constateert dat het mogelijk is om de wereldwijde uitstoot in 2030 te halveren met maatregelen die minder dan 100 dollar per ton CO2-reductie kosten. Per sector somt het VN-klimaatpanel de oplossingen met bijbehorende kosten op. Zoals hernieuwbare energiebronnen inzetten voor de energiesector. Qua kostenreductie helpen technologische ontwikkelingen een handje mee. Zo waren hernieuwbare energiebronnen eerder nog de duurdere keuze, maar nu al vaak de goedkopere. Ook efficiënter energiegebruik, elektrificatie, groene infrastructuur in stedelijke gebieden, herbebossing en het verminderen van voedselverspilling zijn technisch goed mogelijk en worden steeds goedkoper.

Daarnaast merkt Van Vuuren dat zaken op beleidsvlak de goede kant opschuiven. “Maar nog lang niet in het tempo dat we nodig hebben.” Voor hem is “urgentie” daarom de hoofdboodschap van dit rapport. Slangen is het daarmee eens, maar wil ook benadrukken dat er nog hoop is: “We kunnen het nog, maar dan moet het wel snel.”

Lees ook:

Change Inc.

schrijf je in voor de nieuwsbrief

Wil jij iedere ochtend rond 7 uur het laatste nieuws over duurzaamheid ontvangen? Dat kan!

Schrijf je nu in

Nieuws & Verhalen

Changemakers

Bedrijven

Events


Producten & Diensten


Lidmaatschap

Inloggen

Nieuwsbrief & Memberships


Over Change Inc.

Over ons

Waarom Change Inc.

Team

Partnerships & Adverteren

Werken bij Change Inc.

Pers & media

Onze partners

Contact

Start

Artikelen

Changemakers

Bedrijven

Menu