Interview CEO Engie: “Duurzaamheid de hype voorbij”

Hij was al CEO van technisch dienstverlener Cofely, maar sinds 1 januari is Blokland bestuursvoorzitter van het vernieuwde Engie Nederland, het resultaat van de samenvoeging van technische dienstverlener Cofely en energieleverancier GDF Suez Energie Nederland.

"De groei moet komen uit de combinatie van duurzame energie en innovatieve technische dienstverlening"

Behalve een nieuwe naam, heeft Engie wereldwijd de organisatiestructuur vernieuwd en gedecentraliseerd. De niet-duurzame energieproductielocaties zijn verhuisd naar aparte business units. De duurzame energie, sales en technische dienstverlening vormen nu het hart van het bedrijf.

Engie wil ‘leider in die energietransitie’ zijn. Wat betekent dat?

“Die pay-off zou eigenlijk breder moeten zijn: leider in de duurzaamheidstransitie. Duurzaamheid loopt door ons hele bedrijf. We zetten projecten neer met een duurzaamheidsvisie, maar altijd met een business case. Engie heeft een propositie die geen enkele andere partij kan bieden. De groei moet komen uit de combinatie van duurzame energie en innovatieve technische dienstverlening. ”

Leidt die combinatie tot meer innovatie?

“Nu GDF Suez Energie Nederland en Cofely zijn samengegaan, zie je dat mensen elkaar binnen het bedrijf gemakkelijker opzoeken. In ieder geval in Nederland. Internationaal moeten we onze weg nog vinden. Op het gebied van bijvoorbeeld zonne-energie is in Spanje veel kennis. Geothermie is in Frankrijk weer heel ver ontwikkeld. Om die relaties te leggen, hebben we mensen vrij gemaakt uit de verschillende bedrijven. Zij moeten zorgen dat we de kennis uit de groep halen en dat kennis gedeeld wordt. We hebben jaren gezegd: innovatie moet je niet te veel sturen, maar in de cultuur van het bedrijf brengen. Nu willen we die bottom-up-innovatie beter coördineren. Doel is meer snelheid te geven aan innovatieve concepten die onze basisdienstverlening kunnen versterken.”

U heeft eerder gezegd dat het essentieel is dat de CEO van een bedrijf uit de branche zelf komt. U komt uit de installatiebranche. Hoe goed bent u thuis in de markt voor handel en levering van energie?

“Daar was ik in het geheel niet in thuis. De beide branches zijn heel verschillend. De installatiebranche heeft een ondergewaardeerd imago. De kennis van techniek en digitalisering is enorm. De risico’s in aanbestedingen en contracten zijn gigantisch. En tegelijkertijd moeten we veranderen en innoveren. Aan de andere kant is handel in energie een commodity, een andere tak van sport.

"Ik geloof heilig in smart cities en smart grids. Maar het is complexe materie"

Ik vind de combinatie interessant omdat Cofely en GDF Suez Energie Nederland in Nederland al langer samen optrekken en kijken hoe wij gezamenlijk interessante proposities naar de markt konden brengen. We hebben al jaren een gezamenlijke unit voor LNG. In het havengebied van Antwerpen ontwikkelen we nu een LNG-station voor voertuigen en schepen, gecombineerd met snelladers voor auto’s. We zijn heel goed in dat soort gecombineerde proposities van energie en techniek. Engie Services heeft zesduizend mensen in dienst, de energiehandelstak telt een kleine vierhonderd. Dat is heel goed te combineren. Vooral omdat het gaat om de enorme kennis over nieuwe energie en techniek binnen de groep te combineren.”

Wat is uw persoonlijke doel?

“Binnen nu en drie jaar wil ik dat Engie wordt gezien als dé partij die naast het leveren van ‘de energie van de toekomst’ ook technische en digitale producten kan bieden die ondersteunend zijn voor de duurzaamheidstransitie. Dan zou ik heel tevreden zijn.”

Hoe ontwikkelt duurzaamheid zich in de markt?

“Duurzaamheid is de hype voorbij. Grote bedrijven willen duurzaamheid in hun processen verankeren. Engie Nederland werkt samen met BNR en andere partijen samen in The Green Quest, waar we bedrijven auditen en verduurzamen. Een aantal jaren geleden moesten we deelnemende bedrijven nog zoeken en overtuigen om mee te doen. Nu komen de grote bedrijven naar ons toe. De business case van duurzaamheid wordt duidelijk.”

Waar ligt de uitdaging voor de smart city?

“Ik geloof heilig in smart cities en smart grids. Maar het is complexe materie. Niet eens zozeer door de techniek, maar vooral door alle stakeholders die betrokken zijn en de belangen die spelen. Er moet een verdienmodel achter zitten. We zijn vaak iets te enthousiast over het tempo waarin we bestaande gebieden kunnen ontwikkelen tot smart area’s. De omloopsnelheid van de bebouwde omgeving is zo laag, dat het veel tijd nodig heeft. We zitten op dit moment in een aanloopfase naar een snellere ontwikkeling.”

In de slimme stad heeft u ook met gedrag van de eindgebruiker te maken: de bewoner. Is er op dat terrein veel te leren voor uw bedrijf?

“Wij weten al heel veel over gedrag in relatie tot energieverbruik. Daarop ontwikkelen we onze proposities. Maar voor de technische dienstverlening is het een ander verhaal. Engie Services, het oude Cofely, beweegt zich nu voor het eerst in de business-to-consumer-markt. We kregen daar voor het eerst mee te maken bij Amsterdam Overhoeks. Engie Services heeft voor het hele gebied de WKO ontwikkeld. We waren nog niet ingesteld op de vragen en klachten van bewoners. Dat hebben we moeten ontwikkelen: proactief communiceren, uitleggen wat de voordelen zijn van duurzame oplossingen, en bijvoorbeeld wat je wel kunt met een WKO en wat niet.”

Hoe zit dat in de industrie?

“In Deventer hebben we drie jaar geleden de concessie verkregen voor de smart area Deventer. Een mooi plan voor een volledig slim industrieterrein. Maar er is op dit moment geen enkele ontwikkelaar die mee wil gaan in het smart grid-denken. Partijen zijn terughoudend omdat het met investeringen en terugverdientijden te maken heeft.”

"De groep slaat een nieuwe weg in. Dat laten we aan alle kanten zien"

Hoe kijkt u naar de kolencentrale van Engie in de Rotterdamse haven?

"De groep slaat een nieuwe weg in. Dat laten we aan alle kanten zien. We investeren niet meer in kolen. Maar er zijn veel bestaande belangen en afspraken, die je moet nakomen als betrouwbare partner. De fossiele centrales vallen niet onder mijn verantwoordelijkheid: ik richt me op het ontwikkelen van duurzame energie in combinatie met innovatieve techniek. Om de focus te houden, is het goed dat we alle assets die daar niet bij horen hebben ondergebracht in een andere business unit.”

Foto: Engie