Hoe pensioenfondsen de wereld kunnen vergroenen: met inspraak of uitstap?

Met de miljarden in hun beheer, hebben pensioenfondsen wat in de melk te brokkelen. Want: wie betaalt, bepaalt. Door hun beleggingen juist wel of juist niet te richten op fossiele bedrijven, kunnen ze een verduurzamingsslag maken.

Adobe Stock 10528144
Investeren pensioenen in een groene horizon? | Credit: Adobe

Nederland heeft zo’n 170 pensioenfondsen, oorspronkelijk vanuit de verzuilingsgedachte dat elke beroepsgroep een eigen potje nodig had. Inmiddels zijn pensioenfondsen grote spelers geworden op het beurstoneel en kunnen ze met die kapitaalkracht een verandering in gang zetten. Ondanks maatschappelijke kritiek, blijft échte verbetering in beleggingsbeleid van pensioenfondsen echter uit, concludeerde Eerlijke Pensioenwijzer deze week.

Duurzame paradox

In het interview in Trouw met CEO Joanne Kellerman van PFZW, het een na grootste pensioenfonds van Nederland, verklaarde de topvrouw de strategie om juist in fossiele bedrijven te blijven investeren. Door betrokken te blijven kan het fonds ter waarde van 240 miljard euro van binnenuit de verduurzamingslag opeisen. Dat zou beter zijn dan het zogeheten desinvesteren ofwel de stekker eruit trekken.

Econoom Piet Rietman bij het Economisch Bureau van ABN Amro, ziet geen voordeel in de ene of de andere aanpak. "Het is vooral een maatschappelijke discussie, want veel belangrijker is het om te bedenken: wat willen de deelnemers in het fonds?" Hij zegt zelf geen duidelijke voorkeur te hebben. "Of je nou een duurzame stempel drukt door te desinvesteren of via engagement, in beide gevallen gaat het duurzame beleid uiteindelijk beter. Maar de vraag is, hoe snel."

De kracht van de achterban

Volgens de econoom zijn er drie belangrijke spelers: de overheid om duurzame restricties te stellen, de bedrijven om de doelstellingen en investeringen tot uitvoer te brengen en de burger om de bedrijven aan te sturen dat ook daadwerkelijk te doen. Rietman: "En ik heb er vertrouwen in dat de deelnemer van pensioenfondsen een duurzame koers gaan eisen. Dan gebeurt het wel."

Dus de burger moet de druk opvoeren? Rietman lacht om de directe vraag. "Dat helpt zeker. Want de pensioenfondsen komen in beweging als hun deelnemers dat eisen. Een random groepje activisten is niet zo interessant. Maar ambtenaren en leraren die op de stoep staan, daarvan gaat een fonds als ABP bewegen. Dat is hun wettelijke taak."

Spaarders zouden zelf hun pensioenfonds moeten kunnen kiezen, zegt topman van Zwitersleven hier

Geen Shell meer in beleggingsportfolio

Spraakmakend was de keuze van ABP, een van de grootste pensioenfondsen ter wereld met 463 miljard euro aan beleggingen in beheer, om actief niet meer in fossiele bedrijven te investeren. Shell vloog er dus uit, om een bedrijf te noemen. Maar hoe zit het met de andere vier pensioengrootheden?

Er is een zogeheten klimaatcommitment. Door dit commitment te ondertekenen zeggen financiële spelers dat ze zich inspannen om drie dingen te doen: ze financieren de energietransitie, ze meten de CO2-uitstoot van hun beleggingen en ze maken plannen voor 2030. Ook is er jaarlijks overleg over de voortgang van deze plannen.

De meeste pensioenfondsen ondertekenden dit commitment. Ook PFZW. Maar hoe staan de grootste pensioenfondsen van Nederland ervoor en wat is hun groene strategie?

Werkt het om te protesteren? Studenten en universiteitsmedewerkers deden het. Lees het hier.

PFZW (zorg en welzijn)

PFZW beheert in totaal 240 miljard euro, dat is iets meer dan de helft van wat ABP doet. Deze week maakte dit fonds bekend dat investeringen in fossiele bedrijven blijven. NRC schrijft: ‘Dit pensioenfonds voor zorg en welzijn scherpt zijn klimaateisen voor fossiele energiebedrijven aan, maar wil wel in deze bedrijven belegd blijven. Mits ze „overtuigend” en „verifieerbaar” laten zien dat ze handelen in lijn met het klimaatakkoord van Parijs. Bedrijven die hierin falen, doet PFZW alsnog in de ban, tussen nu en 2024.’

Het is een andere tactiek om duurzaamheid af te dwingen: niet divestment, maar juist een samenwerking met fossiele bedrijven op weg naar een duurzame toekomst. Wie betaalt, bepaalt, zo denkt PFZW. Of die tactiek zin heeft, zal moeten blijken.

Lees ook: Wat werkt beter voor verduurzaming: bedrijven buiten sluiten of ermee in gesprek gaan?

PMT (metaal en techniek)

Metaal en techniek is het derde fonds van Nederland en beheert 93 miljard euro. Volgens de website kunnen financieel en maatschappelijk rendement prima samengaan. Sinds 2018 volgt het fonds de ESG-richtlijnen. Environment, Social and Governance zijn veelgehoorde termen in de geldwereld. Ze staan voor een brede invulling van verantwoord beleggen. Ook fossiele bedrijven kunnen aan de ESG-richtlijnen voldoen. Hoewel PMT niet in Shell belegt, zijn er wel andere fossiele bedrijven in de omvangrijke lijst met bedrijven te vinden.

Lees hier over waarom ABP stopt met beleggen in fossiel

BpfBouw (bouwnijverheid)

BpfBouw beheert 70 miljard euro pensioengeld van iedereen die in de bouw werkt. De website van Pensioenfonds Bouwnijverheid laat zien dat betrouwbaarheid en veiligheid bij beleggingen belangrijk zijn. Het fonds raakt duurzaamheid echter niet uit het oog. De thema’s klimaat, goede arbeidsomstandigheden en hergebruik van materialen spelen een belangrijke rol in het nieuwe beleid voor 2021 tot 2025.

Het fonds zegt bovendien dat het in 2021 niet meer in fossiele grondstoffen belegt. Maar: een van de doelstellingen voor de toekomst is het stoppen met investeren in kolen en teerzand; dat suggereert dat er nog wel wat geld in fossiel zit. Bovendien sluit BpfBouw geen bedrijven uit die werken met fossiele brandstoffen.

PME (metaalelektro)

PME is nummer 5 op de lijst en vertegenwoordigt mensen uit de metaal en elektrosector. Vorig jaar september kondigde het fonds aan alle investeringen in de fossiele sector stop te zetten; het gaat zowel om olie- en gaswinning als distributie van fossiele brandstoffen. Daarmee worden alle grote olie- en gasbedrijven dus uitgesloten. Het fonds heeft 64 miljard euro aan belegd vermogen.

De balans opgemaakt

De Vereniging van Beleggers voor Duurzame Ontwikkeling maakt jaarlijks de duurzame balans op over pensioenfondsen. Hierin voert ABP al jaren de lijst aan als meest duurzame pensioenfonds. In 2021 stond BpfBouw er vlak achter, PME staat op drie. Met het grote vermogen dat de pensioenfondsen beheren, zijn ook grote slagen te maken. En dat gaat over meer dan geld verdienen alleen. Of zoals projectmanager Jacqueline Duiker van VBDO zegt in een interview op dat platform over duurzaam beleggen: “Om een duurzame wereld te realiseren, zullen we anders moeten kijken naar waarde. Als we dit nalaten, creëren we grote systeemrisico’s met veel grotere gevolgen, zowel reëel als financieel.”

Auteurs: Marc Seijlhouwer en Willemijn van Benthem

Correctie 21 februari 2022: In een eerdere versie van dit artikel stond dat PME fossiele investeringen niet expliciet uitslaat. Dit is onjuist; sinds september 2021 heeft het fonds geen investeringen in de fossiele sector meer.

Schrijf je in voor onze Newsbreak: iedere dag rond 12 uur het laatste nieuws

Wil jij iedere middag rond 12 uur het laatste nieuws over duurzaamheid ontvangen? Dat kan! Schrijf je hier in voor onze Newsbreak.

Change Inc.

schrijf je in voor de nieuwsbrief

Wil jij iedere ochtend rond 7 uur het laatste nieuws over duurzaamheid ontvangen? Dat kan!

Schrijf je nu in

Nieuws & Verhalen

Changemakers

Bedrijven

Events


Producten & Diensten


Lidmaatschap

Inloggen

Nieuwsbrief & Memberships


Over Change Inc.

Over ons

Waarom Change Inc.

Team

Partnerships & Adverteren

Werken bij Change Inc.

Pers & media

Onze partners

Contact

Start

Artikelen

Changemakers

Bedrijven

Menu