‘Moratorium op diepzeemijnbouw kan oceanen pas echt beschermen'

Het VN-verdrag om de oceanen beter te beschermen werd begin deze week met gejuich ontvangen. Maar om de zeeën echt te beschermen is ook een moratorium − een tijdelijk verbod − op diepzeemijnbouw nodig, stellen wetenschappers, politici en natuurbeschermers. De winning van bijvoorbeeld mangaanknollen kan desastreus zijn voor zeeleven en -bodem, zolang de risico’s niet bekend zijn. Offshorebedrijven als Allseas bestrijden dat en stellen dat diepzeemijnbouw minder schadelijk is dan mijnbouw op land.

Adobe Stock 575591473
Bij diepzeemijnbouw zuigen onderwatervoertuigen mangaanknollen op van de zeebodem | Credit: Adobe Stock

Na bijna twintig jaar onderhandelen bereikten de landen van de VN zaterdag 4 maart overeenstemming over het wereldwijde verdrag om tot 2030 het zeeleven en de biodiversiteit in tenminste 30 procent van de oceanen te beschermen en de zeeën duurzamer te gebruiken. De gesprekken daarover begonnen al in 2004. Tot nu toe was slechts 1,2 procent van de zeeën beschermd. De meeste wateren - maar liefst 72 procent van het aardoppervlak - zijn onbeschermd tegen overbevissing, scheepvaart, milieuvervuiling en klimaatverandering. Dat terwijl oceanen van groot belang zijn voor de biodiversiteit, de voedselketens en als klimaatbuffer. Met dit verdrag kunnen grote delen van de oceanen straks beschermd worden als natuurreservaat. Milieu- en natuurorganisaties spraken dan ook van een historisch verdrag. Na 2030 moet de andere 70 procent beschermd worden.

Zeebodem vol mangaanknollen

De diepzeebodem is echter ook rijk aan grondstoffen als nikkel, kobalt en koper - die nodig zijn voor batterijen, elektrische auto’s, windmolens en zonnepanelen. Die metalen zitten in mangaanknollen die als het ware voor het oprapen op de bodem liggen. Wereldwijd wordt de waarde geschat op 8 tot 16 biljoen dollar. Alleen al in een zone tussen Hawaï en Mexico in de Stille Oceaan liggen op vier kilometer diepte mangaanknollen waarmee 30 miljard dollar winst te behalen is. Vanwege de transitie van fossiele naar groene energie schat de Wereldbank dat de vraag naar deze dit soort metalen tot 2050 met 500 procent groeit.

Diverse bedrijven staan dan ook te trappelen om die mangaanknollen te gaan oogsten. Met name Nederlandse en Belgische bedrijven als Allseas, IHC, Boskalis en DEME hebben de technische kennis om hier schepen en apparatuur voor te ontwikkelen en te bouwen.

Niet duurzaam

Toch hopen natuurbeschermingsorganisaties dat het voorlopig niet zover komt. Die mangaanknollen vormen volgens eerste studies geen levenloze objecten, maar ecosystemen met een uniek en zeer divers dierlijk leven dat er aan vastgroeit of los er omheen leeft. De knollen wegnemen zorgt voor ecologische schade, het verdwijnen van zeeleven op de zeebodem en het verlies van soorten en biodiversiteit. Die effecten kunnen decennia, zo niet eeuwen duren. Daarnaast is er het gevaar van vervuiling door giftige stoffen die uit de mangaanknollen vrijkomen of van lichtbronnen en geluidstrillingen van de machines.

“Volgens wetenschappers richt diepzeemijnbouw zeer waarschijnlijk grote schade aan. Dit is geen duurzame mijnbouw. Ook de VN erkent het niet als onderdeel van de duurzame blauwe economie”, zegt Mark van der Wal, senior ecoloog en adviseur delfstoffen bij IUCN NL, waar 39 Nederlandse natuur- en milieuorganisaties, maar ook de Staat der Nederlanden, bij zijn aangesloten. “We weten gewoon veel te weinig van de effecten. De oceanen staan al onder druk door overbevissing, verzuring en temperatuurstijging. We moeten verantwoord met dit ecosysteem omgaan.”

Moratorium voor vijftig jaar

IUCN NL lobbyt dan ook sterk voor een moratorium op diepzeemijnbouw voor de komende vijftig jaar. In die tijd moet verder wetenschappelijk onderzoek gedaan worden naar de gevolgen en effecten voor het leven en de natuur in zee. Van der Wal verwacht dat de landen die nu het VN-verdrag voor de bescherming van de oceanen hebben goedgekeurd, later dit jaar ook voor het moratorium zullen stemmen. “Nu heeft de Nederlandse regering daar nog geen standpunt over ingenomen, maar ik verwacht dat Nederland en de andere lidstaten dit zullen steunen en dat het besluit later dit jaar valt”, zegt hij.

Organisaties als IUCN gaan hiervoor wetenschappelijke argumenten aandragen. Van der Wal weet dat bedrijven beweren dat diepzeemijnbouw niet schadelijk is. “Maar de wetenschap zegt iets anders. Ze zeggen dat het minder schadelijk is dan mijnbouw op land, maar dat weten we helemaal niet. Op land kunnen we nog enigszins controleren wat er gebeurt. In de diepzee is het onmogelijk om mensen of bedrijven verantwoordelijk te houden voor de schade. De wet- en regelgeving is nog niet zodanig op orde dat hiermee toekomstige generaties goed beschermd zijn. Dat moet eerst geregeld zijn als we dit willen”, aldus Van der Wal.

Robot zuigt knollen op

Het officieel Zwitserse offshorebedrijf Allseas is in zijn Nederlandse vestigingen in Delft en Heijningen al een jaar of vier bezig met diepzeemijnbouw. Het heeft er al miljoenen in geïnvesteerd en is aandeelhouder en technologiepartner van The Metals Company, dat de metalen uit de mangaanknollen op de zeebodem wil gaan winnen. Het beursgenoteerde Canadese bedrijf heeft hiervoor al drie concessies binnengehaald en wil uiterlijk in 2024 beginnen. Allseas heeft hiervoor een systeem ontwikkeld waarbij een soort onderwaterrobot op rupsbanden de mangaanknollen op vier kilometer diepte opzuigt, waarna ze via lange pijpen naar een schip worden getransporteerd, waarna andere schepen ze aan land brengen. “Andere bedrijven hebben ook robots en schepen, maar wij zijn de enige die hiervoor een integraal systeem hebben ontwikkeld”, zegt woordvoerder Jeroen Hagelstein van Allseas.

Adobe Stock 574364036 1
Een schematische weergave van het winnen van mangaanknollen van diepzeebodem | Credit: Adobe Stock

Testen met wetenschappers

Volgens Hagelstein zijn er voor Allseas drie redenen om in de diepzeemijnbouw te stappen. “De technologie is heel complex. Wij hebben als offshorebedrijf in de energiesector veertig jaar ervaring met technologische ontwikkeling. Dit past gewoon goed bij ons”, zegt hij. De tweede reden is dat de bedrijven de benodigde metalen voor de productie van windmolens, zonnepanelen, batterijen en elektrische auto’s willen leveren die de wereld nodig heeft. De derde reden is dat Allseas denkt dat diepzeemijnbouw duurzamer is dan mijnbouw op land.

Om dat wetenschappelijk te kunnen onderbouwen, hebben de twee bedrijven al diverse testen gedaan met dit systeem: de laatste in november 2022 in de Stille Oceaan. Daarbij werd 4300 ton aan mangaanknollen van de zeebodem gezogen. “Bij die testen voer ook een schip vol wetenschappers mee. Alle uitkomsten worden momenteel bekeken. Bij dit traject wordt de milieu-impact vanaf het eerste begin meegenomen in de ontwikkeling van de technologie”, zegt Hagelstein.

Lees ook:

Change Inc.

schrijf je in voor de nieuwsbrief

Wil jij iedere ochtend rond 7 uur het laatste nieuws over duurzaamheid ontvangen? Dat kan!

Schrijf je nu in

Nieuws & Verhalen

Changemakers

Bedrijven

Events


Producten & Diensten


Lidmaatschap

Inloggen

Nieuwsbrief & Memberships


Over Change Inc.

Over ons

Waarom Change Inc.

Team

Partnerships & Adverteren

Werken bij Change Inc.

Pers & media

Onze partners

Contact

Start

Artikelen

Changemakers

Bedrijven

Menu