Leestijd 4 minuten

Wat is goed? Wat kan beter? Het energieakkoord geëvalueerd

Het energieakkoord is volgens sommigen een ambitieus pakket, terwijl anderen het afdoen als een slap compromis. PPM Oost legt de sterke en zwakke plekken bloot van het energieakkoord.

Mariia Kravtsova e1392151001319

Door de één verguisd, door de ander de hemel in geprezen: het SER-energieakkoord is niet onomstreden. Wiebe Draijer, voorzitter van de Sociaal Economische Raad (SER), noemde de afspraken in het energieakkoord het maximaal haalbare en roemde de totstandkoming van het akkoord. Volgens Marjan Minnesma, oprichter van actieorganisatie Urgenda, zijn de gemaakte afspraken niet vergaand genoeg, waardoor we “we al polderend het ravijn ingaan”.

Op 6 september 2013 werd het energieakkoord gepresenteerd. Bij de besluitvorming van het akkoord kwamen 45 organisaties aan te pas, waardoor een breed gedragen energieakkoord het gevolg was. In het akkoord staan richtlijnen opgenomen voor de inpassing van duurzame energie in Nederland voor de komende tien jaar.

Participatiemaatschappij Oost Nederland (PPM Oost) en strategisch adviesbureau eRisk Group hebben de effecten van het energieakkoord op de financierbaarheid van energieprojecten in kaart gebracht. Het rapport bekijkt per sector de gevolgen van de afspraken die binnen het energieakkoord zijn gemaakt en plaatst kanttekeningen bij de inhoud van het akkoord. Het rapport stelt simpele vragen: wat is goed en wat kan beter?

Wind: goed

In 2023 moet 10 gigawatt aan windenergie op land en zee gerealiseerd zijn. Dit is behoorlijk ambitieus, want volgens Draijer is ‘de hoeveelheid wind op zee die Nederland de komende 10 jaar wil realiseren, meer dan de complete hoeveelheid wind op zee die momenteel wereldwijd is gerealiseerd’. Alle vergunningen voor de offshore windparken zijn al gegeven, ze moeten nu nog gebouwd worden.

Theoretisch is het doel haalbaar, maar de gestelde termijn is kort voor wind op land. Het grootste obstakel hierbij is de lange vergunningprocedure. Voor offshore wind is het onduidelijk wie verantwoordelijk is voor de infrastructuur.

Zon: kan beter

In dezelfde periode 2013-2023 moet 5 à 6 gigawatt aan opgesteld fotovoltaïsch vermogen gerealiseerd worden. De zonnemarkt is de laatste jaren behoorlijk gegroeid in Nederland, maar heeft een lange weg te gaan: vooralsnog staat er 365 megawatt opgesteld. Elk jaar moet minstens het huidige totaal vermogen worden bijgebouwd om aan het gestelde doel te komen.

Volgens het rapport kan dit doel gehaald worden als de juiste stimuleringsmaatregelen worden gegeven. Er is een goed begin. De salderingsmaatregeling blijft onaangetast en ook een tien jaar gegarandeerde korting van installaties door zonnecoöperaties op de energiebelasting (7,5 eurocent per kilowattuur) wordt goed ontvangen.

Echter, om voor het laatste in aanmerking te komen, moeten huishoudens binnen de ingestelde ‘postcoderoos’ vallen. Met deze maatregel kunnen huishoudens profiteren van het werk van de zonnecoöperatie als deze op dezelfde of aangrenzende postcode woont. De effectiviteit van de postcoderoos, zo betogen PPM-Oost en eRisk Group, is laag wanneer de postcodes zich op grensgebieden bevinden, er te weinig mensen binnen de ‘roos’ wonen of er onvoldoende draagvlak is bij de bewoners van de postcode.

Ook de salderingsregeling moet uitgebreid worden in het energieakkoord: leden van coöperaties worden uitgesloten van saldering wanneer de vereniging niet uitsluitend particuliere leden heeft. Een groep met één thuiswerkende ZZP’er mag dus nu niet salderen.

Biomassa: goed

In de komende tien jaar worden oude kolencentrales uitgefaseerd en mogen modernere kolencentrales maximaal 25 petajoule aan biomassa bijstoken. Dit is een verbetering van de oude situatie: om de Europese duurzaamheidsdoelen te halen was Nederland waarschijnlijk afhankelijk van het bijstoken van biomassa bij oude kolencentrales. Hiervoor zou op jaarbasis 12 miljoen ton aan biomassa pallets moeten worden ingevoerd uit Noord-Amerika. Nu enkel moderne kolencentrales biomassa mogen bijstoken, wordt de hoeveelheid biomassa beperkt tot 4 miljoen ton. Hierdoor kan de focus worden gelegd op de kwaliteit en duurzaamheid van biomassa.

Biomassa kan in Nederland geproduceerd worden, maar het energieakkoord garandeert op korte termijn geen financiële zekerheid in de subsidieregeling voor de productie van biomassa.

Verwezenlijken van ambities

Het energieakkoord is ondertekend door meer dan veertig partijen, wat leidde tot gevarieerde input van de onderhandelende partijen. De doelstellingen en het pad er naartoe zijn nauwgezet geformuleerd. Het akkoord is ambitieus, de betrokken partijen moeten dus alle zeilen bijzetten om de afspraken na te komen.

Op gebied van windenergie bevat de analyse van PPM Oost weinig kritische opmerkingen. De postcoderoos kan leiden tot de ontmoediging van zonnecoöperaties wanneer de postcode onnodige barrières opwerpt. Het bijstoken van biomassa in kolencentrales is een compromis tussen milieubewegingen en energiebedrijven. De focus op bijstoken leidt mogelijk tot een vertraging in de ontwikkeling van biobrandstoffen van tweede generatie. De SER moet dan ook waken dat suboptimale oplossingen worden vermeden en de ambitie van het akkoord wordt waargemaakt.

 Foto: Mariia Kravtsova via Flickr

Change Inc.

schrijf je in voor de nieuwsbrief

Wil jij iedere ochtend rond 7 uur het laatste nieuws over duurzaamheid ontvangen? Dat kan!

Schrijf je nu in

Nieuws & Verhalen

Changemakers

Bedrijven

Events


Producten & Diensten


Lidmaatschap

Inloggen

Nieuwsbrief & Memberships


Over Change Inc.

Over ons

Waarom Change Inc.

Team

Partnerships & Adverteren

Werken bij Change Inc.

Pers & media

Onze partners

Contact

Start

Artikelen

Changemakers

Bedrijven

Menu