Van vezel-tot-vezel: nieuwe spinnerij biedt oud textiel een nieuw leven

Nederland heeft vrijwel geen eigen textielindustrie meer, maar in tijden van duurzaam denken duikt de wens om dichterbij te produceren weer op. Offshore productie gaat immers samen met ellende, van onleefbare lonen to giftig blauw water. Nu ging Paula Gerritsen nog een stap verder. Ze begon niet alleen een lokale spinnerij, maar koos meteen het circulaire pad door alleen gebruikte vezels te verwerken tot nieuwe garens.

Whats App Image 2023 05 09 at 16 47 12
Spinning Jenny in actie. | Credit: Spinning Jenny

In oktober verkaste Eurol om plaats te maken voor de twee enorme spinmachines van de nieuwe Twentse spinnerij. De fabriek moest Spinning Jenny gaan heten – een verwijzing naar de spinmachine van Thomas Highs die in 1764 een efficiëntieboost gaf aan de katoenproductie. Met een investering van ruim zeven miljoen kreeg Gerritsen het voor elkaar. Inmiddels wordt in de fabriek dagelijks op grote schaal garen gesponnen van stukjes oud en overgebleven textiel.

Waar we naartoe moeten

Uiteindelijk moet dat drie miljoen kilo garen per jaar worden. Ambitieus? “Het is niet makkelijk", begint Gerritsen, “maar uiteindelijk is dit natuurlijk wel waar we naartoe moeten. Dus er zit echt wel een business in.” De serieuze investering in Spinning Jenny is een signaal van dat vooruitzicht. Het geeft vertrouwen in het businessmodel van Gerritsen.

Dat model begint met vervezeld textiel dat in balen aankomt. Je kunt het materiaal opdelen in twee categorieën: post-industrieel en post-consument. Het eerste gaat bijvoorbeeld over overgebleven stukjes stof uit weverijen en breierijen. Het laatste omvat allerlei textiel dat al gebruikt is. Spinning Jenny is een spinnerij, geen recyclaar. Dus die stukken stof worden vooraf door partijen in het buitenland gesneden en gescheurd tot snippers. “Dat is ons ingangsmateriaal om nieuwe garens te maken”, legt Gerritsen uit.

Geen recyclaar

Het vervezelde textielafval komt niet alleen uit eigen land. “Nederland, Duitsland, België; in heel Europa kopen wij onze vezels in bij diverse partijen. We willen niet afhankelijk zijn van één recyclaar.” Door dat brede netwerk kunnen Gerritsen en haar team profiteren van verschillende soorten output. Je krijgt, zo vertelt ze, heel ander garen als je oude spijkerbroeken (denim) verwerkt dan wanneer je gerecycled polyester of katoen neemt.

Gerritsen: “Wij kopen balen in met een bepaalde specificatie, dus als wij bijvoorbeeld 40 procent katoen willen met 20 procent acryl en nog iets anders, dan kunnen we dat krijgen. Daar wordt op gesorteerd. Daarom kunnen we vrij nauwkeurig zeggen wat erin zit. Niet exact op de procent, maar je krijgt wel een rapport mee van wat je hebt gekocht.”

Whats App Image 2023 05 09 at 16 46 08
Het doel is om 3 miljoen kilo gerecycled garen per jaar te produceren. | Credit: Spinning Jenny

Van garen tot garen

De kleuren en materialen die het bedrijf inkoopt, dienen dan ook verschillende doelen, bijvoorbeeld bedrijfskleding. Daarvan kan het machinepark zelfs garens voor nieuwe werkkleding maken, vezel-tot-vezel. Voor de sterkte moet dan wel virgin materiaal worden bijgemengd. Het mooie is dat deze toepassing makkelijk op te schalen is, door de consistente compositie van werkkleding is: 65 procent polyester en 35 procent katoen. Je hoeft ze dus vrijwel alleen op kleur te sorteren.

“We kunnen inderdaad geen polyester-katoen scheiden", bevestigt Gerritsen als dat probleemthema ter sprake komt, “maar voor ons is dat ook helemaal niet nodig, omdat wij overal wel toepassingen voor hebben.” Ze doelt op producten zoals stof voor autostoelen, matrassen en rolgordijnen. Een bijzondere mix van oude sportschoen- en polyestervezels van kleding is ook populair. “Dat kan zo weer de sportschoenenindustrie in”, zegt Gerritsen, “en het is geen makkelijk product – in de bovenkant van een sportschoen zitten heel veel verdikkingen en vreemde materialen. Vandaar dat we ook maar 20 procent kunnen bijmengen, maar eigenlijk is dat heel veel.”

Succesvol consortium

Spinning Jenny is niet uit de lucht geboren. Het is het kroonstuk van een twaalfjarig consortium, Texperium. Dat was een club van vakmensen die samen hebben onderzocht hoe recycling in Nederland beter en groter kan. Het resultaat is zo concreet als deze fabriek.

Gerritsen: “We zitten nog niet op capaciteit en nieuwe klanten zijn welkom, maar we zijn al voor veel partijen aan het produceren. Dat begint met proeven van 1.000 tot 1.500 kilo. En de volgende bestellingen zijn dan groter. Onze klanten zijn bereid om 10 tot 15 procent meer te betalen voor een lokaal product. We bieden gewoon marktconforme tarieven, maar dat kan alleen met de schaalgrootte van deze fabriek. Wij moeten massa maken, willen we rendabel zijn. En dat is precies onze strategie.”

Lees meer:

Change Inc.

schrijf je in voor de nieuwsbrief

Wil jij iedere ochtend rond 7 uur het laatste nieuws over duurzaamheid ontvangen? Dat kan!

Schrijf je nu in

Nieuws & Verhalen

Changemakers

Bedrijven

Events


Producten & Diensten


Lidmaatschap

Inloggen

Nieuwsbrief & Memberships


Over Change Inc.

Over ons

Waarom Change Inc.

Team

Partnerships & Adverteren

Werken bij Change Inc.

Pers & media

Onze partners

Contact

Start

Artikelen

Changemakers

Bedrijven

Menu